Psalms 18


Maar nu roep ik naar U,
juist naar U, mijn God,
omdat ik weet dat U mij zult antwoorden.
Luister alstublieft!

1 Laat ook nu blijken
hoe genadig en liefdevol U bent.
Want U bevrijdt de mensen
die bij U schuilen.

2 Bescherm mij
zoals een vader zijn geliefde kind beschermt.
Laat ik mij in uw schaduw mogen verbergen.

3 Want de ongelovigen
willen mij de baas worden
en mijn aartsvijanden
dreigen mij in te sluiten.

4 De stem van hun geweten
leggen zij het zwijgen op
en ze spreken op arrogante toon.

5 Zij zijn overal om mij heen,
waar ik ook ben.
Hun enige bedoeling is
mij te vernietigen.

6 Mijn vijand lijkt op een leeuw,
klaar om zijn prooi te bespringen.
Of op een roofdier,
weggedoken in zijn schuilplaats.

7 Gaat U hem tegemoet, Here,
en sla hem neer.
Red mijn leven door uw zwaard.

8 Sla hen met uw eigen hand, Here,
die mannen van deze wereld,
die buiten dit leven niets meer verwachten.
Geef hun maar wat goed voor hen is.
Laat zelfs hun nageslacht er nog last van hebben.

9 Ik wil rechtvaardig blijven
en U altijd kunnen aanzien.
ʼs Morgens wil ik,
denkend aan uw goddelijke heerlijkheid,
blij en dankbaar wakker worden.

10

Voor de koordirigent. Van David, de dienaar van de Here.

Hij sprak deze woorden als een danklied voor de Here, toen Hij hem had verlost van zijn vijanden en ook van Saul.

11

David zei toen:

12 Ik heb U lief, Here,
U bent mijn kracht.

13 Here, U bent als een rots voor mij,
als een sterk fort.
Altijd bent U mijn bevrijder.
Mijn God bent U, mijn rots,
bij U schuil ik.
Achter U, mijn schild, schuil ik weg.
U verkondigt mijn redding
en bij U mag ik veilig wonen.

14 Ik roep het uit:
lof zij de Here!
Hij verloste mij
van al mijn vijanden.

15 Ik heb de dood in de ogen gezien,
de nederlaag stond voor mij.

16 Ik voelde mij al bijna gestorven
en het einde naderde.

17 Toen ik ten einde raad was,
riep ik naar de Here,
ik vroeg mijn God mij te helpen.
Hij hoorde mij
en reageerde op mijn hulpgeroep.

18 Daarop begon de aarde te beven en te dreunen.
De bergen sidderden, omdat Hij toornig werd.
19Rook en vuur verspreidden zich over de aarde.

20 Hij daalde neer uit de hemel
met onder zijn voeten de duisternis.

21 Hij reed op een cherub
en vloog op de vleugels van de wind.

22 Hij hulde Zich in het duister,
zodat Hij beschut was
in donker water en donkere wolken.

23 De wolken verdwenen toen zijn glans naderde.
Het regende hagel en vurige kolen.

24 De Here liet de donder weerklinken.
God, de Allerhoogste, liet zijn stem horen.

25 Hij richtte zijn pijlen op mijn vijanden
en joeg ze uiteen.
Hij slingerde bliksemstralen
en bracht verwarring onder hen.

26 Door uw dreigen, Here,
kwamen de rivierbeddingen bloot te liggen
en zag men de fundamenten van de aarde.

27 God reikte naar mij,
pakte mij vast
en trok mij uit het diepe water omhoog.

28 Mijn vijand was erg machtig,
maar God redde mij uit zijn hand.
Hij hielp mij ontkomen aan hen die mij haten
en die sterker waren dan ik.

29 Toen het slecht met mij ging,
liepen zij mij voor de voeten,
maar de Here was een steun voor mij.

30 Hij leidde mij uit de ellende
en gaf mij de ruimte.
Hij redde mij
omdat Hij van mij hield.

31 De Here deed dit
omdat ik rechtvaardig ben.
Hij hielp mij
omdat geen kwaad aan mijn handen kleeft.

32 Ik heb altijd op zijn weg gewandeld
en ben nooit op een dwaalweg van God afgeraakt.

33 Ik hield zijn wetten steeds in gedachten,
vergat nooit een van zijn regels.

34 Ik gedroeg mij altijd precies
zoals Hij verwachtte
en zorgde ervoor dat ik niet zondigde.

35 De Here heeft mij overeenkomstig behandeld,
Hij zag mijn zuiverheid.

36 U bent trouw
tegenover wie U trouw is
en iemand die zuiver leeft,
wordt door U op dezelfde manier tegemoet getreden.

37 Aan de trouwe volgeling
betoont U Zich trouw,
maar voor de zondaar
blijkt U een tegenstander.

38 U verlost een volk dat in nood is,
maar veracht trotse mensen.

39 U zorgt ervoor
dat mijn lamp blijft branden.
U, Here, mijn God,
bent het Licht in de duisternis.

40 Samen met U
durf ik een leger tegemoet te treden.
Ja, met mijn God
kan ik over muren springen.

41 De weg van God
is een volmaakte weg,
het woord van de Here
is zuiver als goud.
God beschermt ieder
die zijn heil bij Hem zoekt.

42 Er is immers geen andere god dan de Here?
Wie is zo sterk en krachtig als Hij?

43 God geeft mij kracht
en baant de weg voor mij.

44 Hij maakt mij lichtvoetig als een hert,
zodat ik overal kan gaan
en geen weg onbegaanbaar voor mij is.

45 Hij oefent mijn handen,
zodat ik in oorlogstijd kundig de wapens kan hanteren.

46 Ook hebt U, Here, mij het schild van het heil gegeven,
ik voelde de steun van uw rechterhand.
U boog Zich naar mij over
en uw goedheid hielp mij te overwinnen.

47 U gaf mij de ruimte om te lopen
en ik stond stevig op mijn voeten.

48 Ik achtervolgde mijn vijanden
en rustte niet tot ik hen had vernietigd.

49 Ik liep de vijand onder de voet
en verpletterde hem.
Hij kon niet meer opstaan.

50 U hebt mij kracht en sterkte gegeven
om de strijd aan te binden,
U liet mij de een na de ander overwinnen.
Copyright information for NldHTB